Koffieneem
Samen met vriendin T. bij Starbucks, voor een toetje na een avondje stad. Terwijl we onze bestelling doorgeven aan de jongen achter de toonbank, wordt ons gevraagd naar onze namen, die hij met zwarte Edding op de kartonnen bekers schrijft. Da’s toch makkelijker dan bij iedere bestelling “Grande Chai tea latte extra hot” roepen, terwijl iedereen elkaar vragend aankijkt.
T., gezegend met een lange en nogal opvallende achternaam die ze altijd en eeuwig moet spellen, zegt tegen mij: “ik ben blij dat ze me niet naar mijn achternaam vragen!”. Waarop ik zeg: “We hadden ook een ‘coffee name’ kunnen verzinnen, zoals in Will&Grace.” T. begint te lachen; dat lijkt haar wel een goed idee. Terwijl ik afreken hoor ik T. iets mompelen in de trant van: “Ik denk dat ik straks nog een koffie neem.” Waarop ik bij mezelf denk: nóg een koffie? Mh, die heeft blijkbaar dorst.
Een paar seconden later bij de koffie-afgifte counter, mijmer ik tegen T.: “Wat wordt volgende keer jouw ‘coffee name’? Waarop T. zegt: “Bedoel je wat ik de volgende keer dat ik hier kom voor een koffie neem?” Ik: “Neehee, haha, jouw ‘coffee name’, je koffienaam, zoals in Will & Grace!”. “Ooowww”, zegt T. Bij mij valt ineens ook het muntje wat betreft de grote dorst van T…
Lang om daarover na te denken hebben we niet, want we worden opgeschrikt door de stem van de verkoopster achter de koffie-counter, die vragend roept: “Één Grande Chai tea latte extra hot?! Anyone?”.
Lekkere Muppets
Vriendlief heeft twee-cuter-dan-cute neefjes; D. & S. Een tweeling (maar niet zo’n enge tweeling die sprekend op elkaar lijkt – niets engers dan dat). Ze bellen ons via Facetime op de iPad. In hun joggingpakjes zitten ze te gniffelen voor de webcam van hun computer. “Komen jullie zaterdag bij ons eten???” roepen ze enthousiast. Al zou ik op die dag net mijn trouwdag hebben gepland, voor zo’n ultrazoet verzoek ga je natuurlijk overstag. Er volgen wat grappen over scheten (ze zitten momenteel in hun ‘schetenfase’), ik word nog gecomplimenteerd (S.: “Nancy zegt ook niks!” – nee, ik kom gewoon niet boven het gekakel uit – waarop neefje D. zegt: “Nee, maar zij is een dáme en dames praten nooit veel!”) en uiteindelijk vraag ik, pogend mij in de belevingswereld van 7-jarigen te verplaatsen: “Zeg, zijn jullie al naar The Muppets geweest?”. Daarop zegt D., op dezelfde toon waarop hij vorige week in de supermarkt vroeg wat zuurkool is; “Wat is Muppets?”. S. roept daarop enthousiast: “Ik weet het! Die hadden we bij de bioscoop, die waren heel lekker!”. Waarop neefje D. het uitschatert van de lach: “Hahaha, hij bedoelt muffins!”
8 Comments