Vroeger verdeelde ik mijn dagen ongemerkt onder in twee categorieën: er waren leuke dagen en er waren baaldagen. Want het is zo makkelijk om je uit het veld te laten slaan als er iets gebeurt waar je van baalt, wat niet leuk is of wat simpelweg tegenzit. Zo kon ik mijn hele dag laten verpesten door een stomme aanslag van de Belastingdienst (waarvan je natuurlijk weet dat die eraan zit te komen), een vervelende opmerking van iemand, of gewoon een slechte dag op het werk. Dan dacht ik bij mezelf: “Het is weer zo’n dag” en ging ik vervolgens de rest van de dag zitten mokken onder mijn dekbed.
Inmiddels weet ik: niet elke dag is een feestdag. Of een baaldag, for that matter. Wat er ook gebeurt – elke dag heeft wel iets goeds in zich, of biedt in ieder geval nog tal van mogelijkheden om er iets goeds van te maken. Dat laatste; dat is nog wel het meest briljante van alles. Want het is nooit te laat om iets stoms om te zetten naar iets leuks. Sterker nog: als je iets overkomt waar je van baalt, kan dat juist je ogen openen om – vastberadener dan ooit – het je stemming niet te laten verpesten, het heft in eigen handen te nemen, iets leuks te gaan doen en de dag te plukken zoals nooit tevoren. Misschien was het wel net het seintje dat je nodig had.
4 Comments