Opa en oma

“Ik had die riem nou nooit voor je uitgezocht”, zei mijn oma vandaag tegen me in de Hema, terwijl ze een kritische blik wierp op mijn met fonkelsteentjes bezette Skully-gesp.
De waarheid was dan ook dat ik ‘m niet zelf had gekocht. Het was een kerstcadeau van vriendin L. En een heel welkom cadeau, want als ik ‘m zelf gespot had, zou ik ‘m ook gekocht hebben. Ik glim dan ook ongeveer net zo hard als de (nep) swarovski steentjes die in het ding zitten, als ik ‘m om mijn middel draag. Blijkbaar dacht oma daar anders over.
“Nou, ik wel”, antwoordde ik daarom. Want tsja, wat moet je daar nou weer op zeggen?
Verwachtte ze soms dat ik een volmondig “okéé!” zou laten horen, waarna ik de riem in één seconde af zou werpen, als een soort lasso boven mijn hoofd zou zwaaien en vervolgens in één worp in de Hema-prullenbak zou slingeren? I don’t think so.
Eerlijk gezegd was ik nogal verbaasd om deze opmerking uit haar met Chanel-rode lippenstift opgemaakte mond te horen. Ze is toch altijd hartstikke lief voor me en behoort tot de hippere generatie der oma’s.
Vriendjelief had een verklaring: “Ik denk dat ze gewoon vond dat de riem niet zo bij jou paste”, zei hij door de telefoon, nadat ik hem op de hoogte had gesteld van het debacle. “Maar hoe kan iemand anders nou zoiets tegen jou zeggen?”, antwoordde ik. “Je weet toch zelf het beste of iets bij je past of niet?”
Na lang nadenken (een beetje a la Carrie in SATC, broedend op een nieuwe column) bedacht ik eindelijk de oplossing voor het voorval. Opa en oma worden gewoon een beetje oud. Het is toch ook niet niks om je kleindochter van de ene op de andere dag (zo lijkt dat in oudere-mensen-jaren) van een klein meisje met vlechtjes en een roze Oilily-jurkje in een twenty-something met een doodshoofdriem te zien veranderen. Arme opa en oma.
En ik? Ik kan mijn riem, vrolijk en met trots, gewoon lekker verder dragen…

4 Comments

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *